Het is gelukt. Na dagenlang vergaderen hebben Europese leiders nieuwe afspraken gemaakt over geld. Dat kostte behoorlijk veel moeite, maar de leiders zeggen dat ze nu wel tevreden zijn.
Lening
Ze hebben afgesproken dat landen geld krijgen als ze in de problemen zitten door de corona-crisis. In totaal hebben de leiders 750 miljard euro apart gezet. Ongeveer de helft van het geld is een lening. Landen die geld krijgen moeten een deel ervan dus later terugbetalen.
Het geld is hard nodig, omdat het door de corona-crisis in veel landen niet zo goed gaat. Mensen worden bijvoorbeeld ontslagen en er worden minder spullen gemaakt. Vooral in Spanje, Italië en Portugal zijn grote geldproblemen.
Zomaar geld geven?
Sommige landen, zoals Nederland, wilden het geld niet zomaar geven. Premier Rutte vindt dat landen eerst beter op hun eigen geld moeten letten. Andere leiders waren het daar niet mee eens en vonden dat Nederland niet zo moeilijk moest doen.
Daar is nu ook iets over afgesproken. Als de landen geld willen, moeten ze goed uitleggen waar het geld voor is. Ook moeten ze bewijzen dat ze in hun eigen land hard hebben gewerkt. Pas dan kunnen ze geld krijgen.
Bron: NOS Jeugdjournaal
